palladianisme

George, Joris & Giorgio

De naam is een dominante en terugkerende factor gedurende deze Italië trip. George Clooney besluit te arriveren in zijn villa aan de overzijde van het meer, schijnbaar om zijn verjaardag te vieren met vrouw en tweeling. De lokale krant staat er vol van en Joris, die ik nog nooit over George Clooney had gehoord, raakt erdoor gefascineerd. Het komt echter niet tot een ontmoeting want onze tijd in Nesso zit erop. We nemen afscheid van Tijs en Halina (Tijs belooft Joris om een oogje in het zeil te houden 🙂 ) en we vertrekken naar Giorgio, de gastheer van ons appartement in Vicenza.

Na een tussenstop in Pavia ontmoeten we zo’n 260 km oostwaarts dus Giorgio. Een echt ontzettend aardige man die ons trots de toegang verschaft tot zijn smetteloos jaren zeventig appartement. De geur van boenwas in combinatie met het donkere hout zorgt bij mij niet direct voor een prettig gevoel, maar Joris en Giorgio gaan al snel op in de geluidsinstallatie, hetgeen mij de ruimte geeft om deuren, rolluiken en ramen te openen. Licht stroomt naar binnen, daar knapt de boel van op! Ik weet het, in warme landen moeten de luiken dicht, maar die regel bestaat bij mij niet, zeker hier niet. Liever licht en daarmee warmte, dan opgesloten te zitten tussen donker hout en een bank waar een kleed overheen is gedrapeerd. Ik ga maar eens op zoek naar onderzetters en dergelijke. Durf anders de komende dagen niets op die ultra glanzende tafel te zetten. Zelfs de inductie kookplaat heeft beschermende pannen onderzetters. Als ik er wat verbaasd naar kijk geeft Giorgio trots aan dat ze eenvoudig te bestellen zijn bij Amazon. Nadat hij ook nog even de robot stofzuiger heeft uitgelegd vertrekt hij gelukkig vol vertrouwen. Denk dat we de test van betrouwbare en verantwoordelijke huurders hebben doorstaan. Onderwijl heeft hij ons enorm veel tips gegeven. Alsof we weken de tijd hebben. De nodige chat berichten volgen achteraf, met nog veel meer informatie. We kunnen vooruit…

Eerst maar eens een koffie. Direct beneden ons tijdelijke thuis zit zo’n typische Italiaans koffie tentje, heel fijn! Later zal blijken dat er een constante aanloop is. De oudere dame met wandelstok die elke morgen op vaste tijd uit de zijstraat komt. De dame in haar dikke zwart glanzende SUV die pal voor de deur parkeert en vele andere markante en minder markante figuren. Joris probeert er dagelijk de krant te ontcijferen terwijl hij van zijn doppio geniet. Si adatta bene…

Omdat de koffie daar zoveel lekkerder is neemt hij vervolgens een cappuccino voor mij mee naar boven, naar de eettafel met de onderzetters, direct naast de laptop. Niets geen lelijke take-away beker, gewoon een kopje dat we later weer retourneren. Een enorme luxe.

la città di Palladio

De Venetiaanse villa’s – die eigenlijk Palladiaanse villa’s heten – daar gaat het hier vooral om. Ze zijn veelal direct aan het Brentakanaal gebouwd, maar eigenlijk zie je ze door de hele regio, met de stad Vicenza als middelpunt. Zie hier de hoofdreden van ons bezoek. Deze renaissance architect Palladio werd in Padua geboren – onze volgende halte – en is opgeklommen van metselaar tot architect. Mooi carrière pad. Een productieve carrière ook. De hoeveelheid bouwwerken waar hij voor tekende lijkt haast te veel te zijn voor een mensenleven. Hij ontwierp niet alleen 47 paleizen en villa’s in (regio) Vicenza, maar ook nog een aantal kerken. Twee daarvan staan in Venetië waaronder de San Giorgio Maggiore kerk. Met een beetje geluk komen we daar ook nog, echter eerst hier maar eens rondkijken.

Zijn architectuur stijl is voor mij eerlijk gezegd even wennen. We bezoeken als eerste maar meteen een van zijn bekendste creaties: Villa Almerico Capra, beter bekend als ‘villa La Rotonda’. Prachtig gelegen op een heuvel net buiten Vicenza, uitzicht alom. De villa kent klassieke vormen en strikte proporties, waardoor het er aan de buitenkant voor mij wat te strak en sober uitziet. Overigens bij gebrek aan woorden die beter passen, want sober is het ook weer niet.. Eenmaal binnen echter uitgebreide versiering en ornamentiek, haast een tegenstelling. Ik lees er ‘s avonds wat over. “Hij streefde ernaar de principes van de oude Romeinse architectuur te doen herleven en benadrukte het belang van proportie, symmetrie en het correcte gebruik van de klassieke ordes”. Dat zal het zijn 🙂

de aangepaste koepel van la Rotonda

Goethe schreef er overigens beduidend lyrischer over dan dat ik nu doe. Volgens hem zat er iets goddelijks in Palladio’s genialiteit, net als in de kracht van de grote dichters. Over Villa Rotonda schreef hij: ‘Misschien heeft de bouwkunst nooit meer zulk een hoogtepunt van weelde bereikt. En zoals het gebouw vanaf elk punt in de omgeving te zien is in al zijn heerlijkheid, zo doet het uitzicht van hieruit eveneens zeer weldadig aan.’

Ik scroll nog wat verder en lees vele vergelijkbare superlatieven.

‘Een absolute meesterwerk, dat natuurlijk duizenden andere gebouwen heeft geïnspireerd.’

Ik vraag me af wat ik gemist heb. Ik vond het mooi, absoluut. Maar zó mooi?

Uiteraard staat ook het centrum van Vicenza vol met Palladiaanse meesterwerken. Op advies van Giorgio starten we ‘s avonds met een aperitivo op het dak van de basiliek. Het gebouw heeft enorme afmetingen en is gebouwd over een bestaand bouwwerk dat was ingestort, het Palazzo della Ragione. Palladio bedekte het met wit marmer en het effect van licht en schaduw is mooi in het zachtere avondlicht. Onder en rondom de basiliek bevinden zich oude markten, winkels en café’s. Bovenop het dak dus de mogelijkheid tot aperitief. Enkel geopend in de weekenden en, als verwacht, best druk.

Wie wil er nu niet de zonsondergang zien terwijl je midden tussen de standbeelden staat, uitkijkend over een zee aan daken met daarop ook weer de nodige standbeelden. Terwijl ik wat foto’s maak bestelt Joris een drankje. De bestelde Negroni wordt per ongeluk een Peroni, we proosten er niet minder op.

Overigens was Goethe ook over de basiliek zeer lovend, volgens verschillende bronnen zelfs sprakeloos “Het is niet mogelijk om de indruk te beschrijven die Palladio’s Basilica maakt…”

Beneden op het plein en recht tegenover ons staat Loggia del Capitano. Uiteraard ook ‘een Palladio’. Een mooi uitzicht terwijl we van ons te dure biertje genieten. We zien twee lagen met enorme ‘samengestelde’ zuilen, eigenlijk een soort triomfboog. Het rode baksteen met wit stucwerk valt op tussen de grotendeels zand- en lichtgele gebouwen van de rest van de stad. Ook hier in de nissen grote beelden. Het kan gewoon niet op.

old odeon – in neon

Op de route van het appartement naar het centrum, zo’n 20 minuutjes lopen, passeren we elke keer een prachtige oude bioscoop. Cinema Odeon staat er met mooie rode neon letters tussen de bogen boven het trottoir, en die letters hebben een enorme aantrekkingskracht. Als je ooit in de buurt bent, zeker binnenlopen!

Het is een voormalige kerk waar men in 1909 bioscoop St Faustino startte, later omgedoopt tot Cinema Odeon. ‘a place for singing’. Sindsdien is er non stop programmering geweest. En dus nog steeds, de zomerstop en renovaties buiten beschouwing gelaten. De twee wereldoorlogen weerhielden de cineasten blijkbaar niet van hun taak om cultuur en afleiding te bieden. De entree en facade is indrukwekkend en ondanks dat er natuurlijk het een en ander is aangepast aan de eisen van vandaag, is er een soort intieme sfeer en een plafond vol fresco’s.

entree cinema Odeon

Geen Palladio, wél erg mooi. Wim Wenders Anselm draait, laten we die nu net voor vertrek gezien hebben. Ter vervanging lopen we wat langs het kanaal en halen een ijsje bij gelateria Brustolon. We zijn niet de enigen. De stoep staat vol, maar we vinden nog een plekje op een van de bankjes buiten om de hoek. Het interieur binnen is sowieso iets te roze maar onze smaak. Ook deze tent bestaat al even, bijna 100 jaar. Italianen en ijs is een goede match.

onze laatste Palladio

Een ander theater dan Oreon – en vele malen bekender – is het Teatro Olimpico. Het is een overdekt theater, waarschijnlijk het eerste in zijn soort en, gelijk aan het stadscentrum, UNESCO werelderfgoed.

Dit theater was Palladio’s laatste werk en hij stierf gedurende de bouw. Na zijn dood, in 1580, werd het afgemaakt door zijn leerling, Scamozzi. Dus dezelfde die de koepel van villa rotonda aanpaste naar eigen ontwerp. In dit geval is het theater volgens plan afgewerkt. Althans, op de coulissen na. Daarvoor had Palladio nog geen ontwerp gemaakt en dus kon Scamozzi zijn gang gaan. Eenmaal binnen zien we het unieke van zijn ontwerp. Het zijn vijf in perspectief uitgevoerde straatbeelden. Ooit gecreëerd voor Oedipus Rex (1585) en daarna nooit meer aangepast. Gelukkig maar. Het is surrealistisch, optisch bedrog en heel mooi gemaakt.

Nu blijken er hier in de zomermaanden voor klein publiek nog concerten te worden gegeven. We zien de aanplakbiljetten, laten ons op wachtlijsten zetten en proberen aan te pappen met mensen die die lijsten beheren. Ook de artiesten ingang wordt in ons plan meegenomen. Maar nee.. het blijft bij een rondleiding, tezamen met schoolklassen en een groep architecten. De suppoosten houden de hoeveelheid mensen strict in de gaten en verdelen ons strategisch over de houten tribune. Beetje irritant, anderzijds wil je ook niet ergens doorheen zakken. De rode zitkussens liggen opgestapeld aan de zijkant. Die zijn alleen voor de mensen die iets verder vooruit hadden gedacht en dus een kaartje hadden voor de voorstelling van de Hongaarse klassieke meester.

galla (+ libraccio)

Het fijnste aan werken in een andere plaats is dat je ‘s avonds je laptop dichtklapt en heel bewust in een andere wereld stapt. Veelal is Joris al onderweg en spreken we daar af waar hij beland is. Niet zelden is dat een boekhandel, alwaar we dan uiteindelijk tóch nog wat boeken meenemen. En zo wordt in een 144 jaar oude boekhandel een pracht fotoboek van Abelardo Morell ingepakt, ondanks ons voornemen nu eens niets mee te nemen. De stapels in de bakkerij worden hoger en hoger, een extra boekenkast zou geen overbodige luxe zijn want het idee ‘vol is vol’ gaat hier duidelijk niet op.

het probleem van Campo C

Als we bij vertrek uit ons, nog steeds keurige, appartement rechts gaan ipv links dan komen we uit bij de begraafplaats. Daar waar we graag komen. Weet niet of meer mensen dat hebben, maar het helpt mij stil te staan. Ik zie de levens uitgedrukt als een streepje tussen twee data op een grafsteen. Hoe kort kan het soms zijn. Ik zie de teksten en de foto’s, hier vaak in emaille gebrand (is denk ik iets katholieks?). Ik zie de aandacht voor een graf en voel de liefde. Het maakt me stil en rustig. Het maakt me bewust hoe ik met het mijne moet omgaan. Op 6 mei, de sterfdag van mijn vader lopen we hier over Cimitero Maggiore. Ook zijn streepje tussen de twee data is veel te kort. Slechts 48 jaar. Mooi om hier juist vandaag te zijn.

Italië heeft nogal wat ‘Cimitero Maggiores’. Hier in Vicenza heeft het een grote vierkante zuilengang met vele bogen. Ja, inderdaad, het heeft gelijkenis met een klassieke Palladiaanse villa, geen toeval. En ja, Palladio is hier uiteraard begraven. Buiten de muren loopt het nog ver door, maar de zuilengang herbergt de meest kostbare graven. We lopen langs de lange en mooie gewelven, er is vrijwel niemand. Wel is er een raadsel rondom Campo C. In dit deel zien we volledig weggezakte en scheve graven, iets wat we hier nergens anders zien, en het is nog wel binnen de muren. Er is duidelijk te weinig onderhoud en liefde voor de overledenen binnen Campo C! We lopen een extra rondje, met mijn vader in gedachten. Voor hem geen graf, geen urn met as, maar gelukkig ook niet weggezakt.

En daarmee verlaten we Vicenza. Een stad zo groot, of zo klein, als Zwolle, maar wel een van de rijkste steden van Italië. Ooit was het een Romeins centrum en een belangrijk tussenstation op de weg van Mediolanum (Milaan) naar Aquileia. Vicetia = zegevierend. Er zijn zeker nog Romeinse bruggen en bogen te vinden maar vanaf 1400 kwam het onder de heerschappij van de de republiek Venetië. Tot de tijd van Palladio was de stad echter min of meer een achtergebleven gebied. Althans, ik kan er weinig over vinden. Het is me inmiddels wel duidelijk dat deze Palladio Vicenza letterlijk en figuurlijk op de kaart heeft gezet.

Dankzij het boek van Umberto Eco stond het deze keer ook bij ons op de kaart – blij mee. Umberto verdient daarmee een plaatsje in de toekomstige boekenkast! Ik had vooraf echt geen idee dat o.a. the White House geïnspireerd was door Palladio. En Jefferson’s Monticello. En ongetwijfeld nog veel meer. Palladio is exacte verhoudingen en symmetrie, is minimale decoratie en is allerhande soorten kolommen. Waarschijnlijk doet deze omschrijving hem meer eer aan dan mijn eerste indruk, ‘strak en sober’. Ik heb mijn mening bijgesteld.

Inmiddels heeft de robot stofzuiger goed zijn werk gedaan, is de tafel nog steeds glanzend (en vooral, zonder kringen..) en ook de inductieplaat heeft geen krassen opgelopen. Giorgio is vast een blij man. Een laatste macchiato bij de vriendelijke uitbaters beneden en dan op naar Padua. Of Padova, afhankelijk aan wie je het vraagt. Men claimt dat het de oudste stad van noord Italië is. ik ben benieuwd.

Een gedachte over “palladianisme

Geef een reactie op Olaf Reactie annuleren