.. maar ook over het plezier van verrassen, over hartelijkheid, over zoetheid tegen verbittering, over verbinding. Over de slappe lach, zomerweer, verzamelaars, ontmoetingen. Over historie en toekomst.
verrassen
Hoort verrassen bij een verjaardag? Voor mij wel. Al is het maar omdat ik daar zelf minimaal net zo veel plezier aan beleef. Het bedenken, de voorbereiding. Het zo leuk en compleet mogelijk maken.
Dit keer zijn het de cryptische omschrijvingen die bij mij voor voorpret zorgen, met precisie uitgewerkt op champagne kleurig geschept briefpapier. Te starten met de bestemming. Het geplande rookgordijn, te bewerkstelligen door appjes te sturen over de Waddeneilanden werkte maar matig, ondanks de trouwe medewerking van broerlief. Desalniettemin moest er toch nog nagedacht worden over het combineren van stadsrechten per 1809, een haven en een pastorie.
We parkeren vervolgens een klein uurtje na vertrek voor de deur van Villa Pastorie, gelegen in de Priushaven, een gebied in ontwikkeling.
Weinig cryptisch aan de naam Villa Pastorie, al zien we de bijbehorende kerk niet direct. Het blijkt dat er ruim 40 jaar een noodkerk was gehuisvest in de voormalige IJzergieterij, de noodkerk van de parochie O.L. Vrouw van Lourdes. Uiteraard moest er vervolgens ook een pastorie worden gebouwd. Het werd een mooi pand in de stijl van de ‘Amsterdamse-School’. Later lees ik dat de architect, Jos Donders, ruim 275 panden in Tilburg heeft ontworpen, oa de voormalige melkfabriek van Campina. Echter, zijn persoonlijk archief is blijkbaar vernietigd bij de sloop van zijn kantoor. Vijftig van zijn bouwwerken zijn inmiddels rijksmonument, gemeentelijk monument of beschermd stadgezicht dus
Ofschoon de noodkerk in 1965 werd vervangen door de nieuwe Lourdeskerk aan de Ringbaan Oost, tot aan de laatste kerkdienst in 1998, kwam in laatstgenoemd jaar ook de pastorie pas weer vrij. Het pand kwam in bezit van de gemeente Tilburg, die het een aantal jaren gebruikte als projectbureau voor de herontwikkeling van het Piushavengebied.
Michel Deneef maakt de goede reviews direct waar; Vlaamse hartelijkheid ten top en binnen 10 minuten zitten we al schommelend in een heerlijke tuin aan een gemberbiertje. Genietend van de laatste zonnestralen. Wat zitten we thuis toch moeilijk te doen met ontwerp van het terras, een ratjetoe is eigenlijk net zo leuk, en waarschijnlijk ook nog eens een stuk voordeliger. En deze is leuk! Zonder dat het een ‘thema tuin’ is kan het eigenlijk overal ter wereld zijn. Maar het is dus in Tilburg. De Covid maatregelen zorgen nog voor een sluitingstijd van acht uur, maar er wordt niet al te nauw gekeken, we mogen nog even blijven schommelen. Wel komen we al direct voor een dilemma te staan. Volgen we het advies van Michel om even de draaibrug over te steken voor een Perzisch ijsje van verhalen verteller Vittorio, of starten we op de ‘bloem en balkon’ kamer met de meegebrachte Prosecco en allerhande hapjes. Allen eerder gehaald op de reeds (te) drukke R’damse markt en bij een (voor mij) nieuw wijn winkeltje bij de meent, supremevino. Ze kopen het merendeel rechtstreeks bij de wijnmakers en voor je het weet sta je nog voor de lunch al te proeven. Ik begon met een dappere nee, maar kon het enthousiasme uiteindelijk niet weerstaan. Ik vertrok dus met wat Giusti bundelend aan het fietsstuur, alsmede met de overtuiging dat ik de deels ondergrondse domeinen van Ermenegildo wel eens wil bewonderen. Wellicht een idee voor het najaar. Ook al lijkt het niet een hele logische route richting de hak van de laars.
verbinden
Terug naar Tilburg, of eigenlijk naar Perzië. En ja, natuurlijk moet ik Iran zeggen, de naam die reeds ver voor mijn geboorte in gebruik werd genomen en eigenlijk de oorspronkelijke naam is, land van de Ariyai. Echter, Perzië klinkt voor mij mysterieuzer. Een land met een rijke cultuur, vele dichters, filosofen en prachtige bouwkunst. Een land wat al jaren hoog op mijn verlanglijstje staat om te bezoeken. Onderdeel van de oude handelsroute door Centraal Azië. Van Iran naar Kazachstan. Van Teheran naar Almaty. Ik denk daarbij aan lange treinreizen, bonte bazaars, groene oases en karavanserais. Laat er nu hier een Karvansara aan de overzijde van het water zijn. De zelfgecreëerde karvansara van Vittorio.
En nee, dat is niet zijn echte naam, echter, inmiddels bestaat er zelfs een heus Vittorioplein(tje), wat dus zijn karavaan Saraj – is, een pleisterplaats aan de priushaven ipv zijderoute, met bankjes, kleden, dekentjes, bloemen en bovenal lekker ijs met warme gembercake.
Ambachtelijk gemaakt ijs, ijs zoals hij het als in het woestijndorp van zijn oma leerde maken. Met rozenwater en pistache-nootjes. De zoete aardbeiensaus zal de Nederlandse twist wel zijn. We hebben ons dessert voor de avond alvast binnen.
Vittorio vertelt graag, hij wil de historie en traditie van zijn land voortzetten. Hij wil ook de mensen een beetje wakker schudden. Een ontmoetingsplaats creëren, ongeacht afkomst en geloof. En inderdaad, mensen meren aan en terwijl we allemaal aan de kardemom koffie zitten wordt er gepraat, en misschien nog wel meer geluisterd. We leren elkaar een beetje kennen, horen over zijn jeugd.
Over met krijtjes gooiende leraren. Over zijn handelsgeest en analytische denkwijze. Hij moest als klein jongetje in het dorp maandverband kopen voor zijn zussen. Daarmee verdiende hij zijn eerste geld. Al snel zag hij er handel in en hield hij de menstruatiecyclus van de hele buurt in de gaten, genoteerd in een simpel schriftje.
Over de kritische vragen die hij al jong stelde rondom het geloof. Hij vond dat de wet vd zwaartekracht niet in overeenstemming was met het verhaal rondom de nachtelijk hemelvaart van Mohammed en Buraq. Wederom dat analytische. Het is duidelijk hoe hij over de Iraanse revolutie denkt. Ook hij heeft 3 jaar gevochten in de oorlog. Hij beweegt zich eromheen. Dat is beter. Teveel gezien. Het atoomprogramma, de anti-Westerse sympathieën. De zaken waarvoor hij nu zo’n 30 jaar geleden gevlucht is. Hij is er open over, maar beseft ook dat niet iedereen daarover wil horen. Later lees ik dat hij met vrienden foto’s en documenten van massagraven en executies verzamelde, met als doel de mistoestanden van het regime aan de kaak te stellen. Uiteindelijk moest hij vluchten en via de diverse opvangcentra belandde hij in Tilburg alwaar hij als vrijwilliger startte op het ROC, onderwijl Nederlandse les volgend. En nu dus een verbinder en ijsmaker. Zoetheid tegen verbittering, het lijkt een goede remedie want wat een positiviteit en vooral hartelijkheid straalt hij uit.
Vittorio – overwinnaar. Wellicht een boodschap aan de regime waarvoor hij vluchtte. Ik neem nog maar eens een hap warme gembercake, daar gaat m’n dieet, al zijn dat soort gedachten zijn op zo’n moment simpelweg absurd. Joris en Vittorio praten verder over dichters en Peshawar, onderwijl wordt Tilburg en het heden moeiteloos geïntegreerd. Bruggenbouwers bij de draaibrug, het zou een mooi stel zijn. Echter, het wordt fris en de prosecco trekt. Morgen weer een dag.
ontdekken
Na een avond prosecco, kadootjes en de slappe lach volgt nog een restantje prosecco tijdens het ontbijt aan het water. Een zonnetje, vers brood, heerlijke koffie en goede moed om de stad te ontdekken. Tilburg is wellicht iets minder spannend dat een nieuwe stad in een meer exotischer bestemming maar we kunnen blijkbaar prima resetten. Via statige huizen van voormalige textiel baronnen, deels ontworpen door de eerder genoemde Jos Donders, lopen we richting de spoorzone. Een gebied naar m’n hart, nog volop in ontwikkeling maar met als absoluut hoogtepunt en middelpunt de LocHal. Als ik hier zou wonen dan zou dit m’n standaard werkplek zijn. Zo gaaf!
Het gebouw staat er al sinds 1932 en werd vroeger gebruikt als Locomotiefhal. Nu dus verbouwd tot een multifunctioneel gebouw en een plek waar alles samenkomt: leren, studeren, ondernemen, ontmoeten, creëren en exposeren. Officieel is het een bibliotheek met 300 werkplekken. Ik vind het een prachtstuk architectuur; super industriële look met oa 15 m hoge gordijnen van het Tilburgs Textiellab. Dus mooi lokaal tintje. Er is ook een expositieruimte, werkend met de centrale thema’s: transformatie, toekomst, digitaal en geluk. Nu zijn er de wunderkammers.
Wunderkammers – het ‘objet trouvé’, het verzamelen van objecten om daar vervolgens dan een nieuwe creaties mee te maken. Zo rondkijkend denk ik dat het bouwen het doel op zich was, maar dat kan ik helemaal verkeerd zien. Drie Tilburgse kunstenaars, Wijnand van Lieshout, Ton de Gouw en Paul Bogaers combineren hum verzamelde objecten met eigen creaties. Het geheel komt – denk ik – tot leven binnen de context van de verzameling. Artefacten en rariteiten, ieder heeft zijn eigen wunderkammer. Afrikaanse houten beelden worden eigen creaties, vaak gecombineerd met fotografie. Collages en in scène gezette erotische taferelen. Installaties van oude etalagepoppen en protheses.. ik vind het een bizarre, maar ook intrigerende, tentoonstelling van haast obsessief collectioneren. Iets waar ik me niets bij kan voorstellen, Joris des te meer. Achteraf wel een koffie nodig om een en ander een plekje te geven, zoveel indrukken op een beperkt aantal m2.
Echter, tijdens de koffie is daar helemaal geen tijd voor. Een nieuw verhaal ontspint zich terwijl we aan de praat raken met een nogal excentrieke corpulente man, vergezelt door een mini hondje. Zo’n magere kortharige springveer die naast hem op een roze handdoekje ligt. Ik vind bijna alle honden leuk, maar dit soort is niet mijn ding, integendeel. Echter, de man is duidelijk gek op haar, al zou ik die twee niet zo snel als setje combineren. Hij is groot, vol tattoos en opvallende sieraden. Het hondje past haast in een van zijn knuisten. Joris zal Joris niet zijn als hij niet begint over zijn gouden horloge met vierkante schakels. En zo zitten we daar een uur later nog steeds.
Hij is penningmeester van een Tilburgse motorbende, met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid No Surrender MC maar het zou natuurlijk ook de verboden Satudarah MC kunnen zijn. Helemaal duidelijk was hij hier niet over. Wel licht hij, na het verorberen van zijn uitsmijter, toe hoe het eraan toe gaat binnen zo’n ‘motorclub’, een voor mij compleet onbekende wereld. We horen over een pijnlijk en bizar ontgroeningsritueel: prospect-slaan. Hij laat zelfs foto’s zijn van zijn flink gehavende buik, vol schrammen, sneden en bloed. Klappen krijgen met opgerolde leren hesjes op een blote buik lijkt geen sinecure. Maar het feit dat je er ook niet zomaar weer uit kunt stappen vind ik eigenlijk nog veel schokkender. Afpersing, gewelddadige acties en al wat niet meer. Ook echtelijke trouw (waarom mogen de vrouwen niet mee?), captains en nomads, bezoekjes aan buitenlandse brotherhoods, het regelen van grafstukken voor overledenen (belangrijke taak voor de penningmeester) en het uitdienen van taakstraffen ( door penningmeester en consorten) passeren de revu. Mijn mond valt zo’n beetje open. De taakstraf en de rouwstukken zorgen er wel voor dat de nabij gelegen begraafplaats genoemd wordt. Volgens hem heel mooi, al komt hij er nu niet meer graag ivm die eerder genoemde taakstraffen – aanharken en bijhouden van – hij adviseert ons er een kijkje te nemen. En dan doen we dus maar. Never a dull moment. Een weekend van verrassingen, van ontmoetingen, van verwondering. We kunnen er weer tegen!