Tja, en voor je het weet zijn de twee weken Spaanse les alweer om. Heb ik wat geleerd? Ja, heus wel. Maar, het probleem is dat je in een soort van fake wereld leeft. De leraren, en eigenlijk iedereen waar je mee te maken hebt, praat zo duidelijk mogelijk tegen je, daarnaast ook beduidend langzamer. En ja, dan is het net alsof je best wat begrijpt en een eenvoudige conversatie kunt voeren. Bovendien zijn ze gewend aan estudiantes die wartaal uitslaan en vervolgens een gezicht trekken van: ging best aardig toch? En ze geven dan ook gewoon antwoord. Gelijk aan ouders die hun kinderen prima verstaan terwijl een ander er geen touw aan vast kan vastknopen. Maar dan… dan ga je bijvoorbeeld een dorpje in en begin je een praatje. Fout! Niet doen. Slecht voor je zelfvertrouwen. Wel goed voor je lachspieren, en met handen en voeten kom je ook een eind. “No hay falla chela, tuani!” (mensen die in Nicaragua zijn geweest herkennen dit wel, typical Nica slang, iets in richting van:” no problem, chill..”).
Kortom, ik heb zojuist de belangrijkste pagina’s uit het grammatica boek gefotografeerd, met als doel dit de komende weken nogmaals door te nemen. We’ll see..
Wel super diverse gesprekken gehad (zij het wat gebrekkig), variërend van lokale arbeidsomstandigheden in de zona franca’s (mega textielfabrieken waar mensen onder zeg maar gerust matige tot slechte omstandigheden werken) tot aan toelichting wat nu eigenlijk een bitterbal is en waarom we dit zo lekker vinden (en ja.. best goede vraag, waarom eigenlijk? Is onderdeel van gezelligheid, toch? Ik heb nog nooit in m’n eentje thuis een bitterbal gegeten).
Ook heb ik diverse projecten van de NGO bezocht, lokaal en kleinschalig en de meesten enkel op verzoek van de mensen zelf. Erg nuttig en geweldig om te zien wat het effect is. Veel schooltjes of naschoolse opvang, maar ook support voor een bakkerij, opgekochte stukken land voor natuurbehoud en een prachtig project voor gehandicapte kinderen. Mariposa bezit 19 paarden, allen ergens weg gehaald met als doel een beter leven. Slechts enkelen zijn berijdbaar, de rest geniet van een welverdiende rust. Op zondag ging ik met 3 andere studenten (ja, zo worden we hier genoemd, klinkt wel hè?) een rit maken en toen hoorde ik dat ze op maandag die kinderen laten rijden. Ik ben gaan kijken / helpen en we hebben vreselijk veel lol gehad. Ook zo gaaf om te zien hoe die kinderen reageren op de paarden, en vica versa. Volle bak: 12 kinderen, varierend van 3 tot 20 jaar, twee fysiotherapeuten, paar vrijwilligers en natuurlijk de ouders (nou ja, eigenlijk de moeders), en dat alles in minstens 30 graden. Gelukkig ligt het complex van de school op een helling en is alles dusdanig slim gebouwd dat er eigenlijk altijd wel schaduw en wat wind is.
Ook bij de naschoolse opvang m’n best gedaan, maar dat viel nog niet mee. Knutselen is nooit m’n sterkste punt geweest en bij aankomst bleek dat het knutselniveau toch best hoog lag, evenals het verwachtingsniveau. Origami voor gevorderden, wat een gedoe. Het boekje over de ijsbeer begreep ik nog net, al begreep het kindje denk ik niet wat nu precies een ijsbeer is, kan natuurlijk aan mijn uitspraak liggen maar het is ook een raar onderwerp in deze temperaturen. Ze zat maar over een tijger, olifant en kangaroe te kletsen, ook niet echt inheems en voorkomend in haar wereld, dacht ik… Echter, bleek dat er een circus in het stadje was. Groot feest en voor velen de eerste keer. Rijen dik die buiten naar de paarden, olifanten, dromedarissen en de waterbuffel keken, die allen slim op het grasveld voor de tent waren neergezet.
100 cordobas entree ( €3,30) excl. de popcorn of suikerspin, dus ook wij gingen even kijken. Nou, het was niet bepaald Cirque de Soleil zullen we maar zeggen en we twijfelden serieus of we de dieren niet bij de school konden onderbrengen, zo zielig! Halverwege demonstratief weggelopen, hetgeen best opvalt aangezien we de enige 5 buitenlanders waren en er sowieso weinig mensen binnen waren. De Mexicaanse eigenaar (die ook de spreekstalmeester, motorrijder, acrobaat en clown was) kwam dan ook bezorgd achter ons aan. Achteraf bleek dat dit bonte Mexicaanse gezelschap reeds verboden was in Mexico, lang leve Google. Oja, voor de nieuwsgierigen, de waterbuffel hoefde niets te doen, daar mocht je op gaan zitten voor een foto, maar geen gegadigden. Hij kon geen kunstje, althans, niet vertoond. De ossen hier hebben het een beetje zwaarder, die trekken de karren met watertanks voort langs de huizen welke niet aangesloten zijn op een waterleiding. Een vorige groep studenten hebben als mini project twee ossen gekocht om dus een deel van een dorpje beter van water te kunnen voorzien, lijkt me ook wel wat, maar ik heb de rest nog niet zo ver gekregen. Waarschijnlijk gaan we nu een project met CociNicas supporten, een stenen oventje die rook vermindert en minder hout nodig heeft, ook goed.
Naast alle commotie in het stadje en de nabije omgeving ook reeds 2 van de 16 vulkanen bezocht. De eerste, Volcán Masaya, was een makkie want met minibusje omhoog naar de kraterrand. Waanzinnig uitzicht met zonsondergang, maar vooral ook toen we ’s avonds nogmaals terugkeerde. Daar beneden een oranje massa met veel beweging, ik denk oprecht dat er weinig landen zijn die je zo dicht bij een toch echt wel behoorlijk actieve vulkaan laten. In de tussenliggende tijd bezochten we twee lava tunnels / grotten met mega veel vleermuizen (en venijnig uitstekende stalagtieten, hetgeen een verklaring was voor de verplichte helm).
Die andere vulkaan, Mombacho, was gepland voor de zaterdag. Er zijn daar twee mogelijkheden, je betaalt 4 USD entree en dan loop je naar boven of je betaalt meer en dan ga je met een 4WD. Nu had het woord 4WD natuurlijk een belletje moeten laten rinkelen maar nee hoor, we besluiten te gaan lopen. We zijn de hele weg niemand anders (lopend) tegen gekomen, maar kan ook zijn dat ik ze gemist heb door het zweet voor m’n ogen of omdat ik te geconcentreerd was om niet weg te glijden, want nevelwoud zorgt voor gladde stenen. En wat waren we blij toen we halverwege een koffie tentje aantroffen. Koffie van de plantage aldaar, smaakte delicioso! Eenmaal (eindelijk) bovenaan beland was er geen uitzicht door het wolkendek en ook het rondje langs de kraterrand leverde helaas weinig vergezichten op, beetje jammer. Toch, toen ik een paar dagen later de vulkaan van veraf zag liggen, was ik best trots; hadden we toch maar gedaan. Helaas vond m’n knie de tocht naar beneden beduidend minder geslaagd, hetgeen, met Chili in het vooruitzicht, wel wat ongerust maakt.
Gisteren een kleine twee uur door een reservaat gelopen en dat ging gelukkig goed, zolang ik maar niet naar beneden hoef te lopen. Bij entree hadden ze daar trouwens een stuk of tien weckpotten staan met slangen op sterk water, dit helpt natuurlijk niet echt als je een slangenfobie hebt en ik bleef dan ook verdacht dicht bij de gids lopen. Met 145 vogelsoorten in het gebied (o.a. 800 chocoyos, daar waar het reservaat zijn naam aan dankt; inheemse groene parkiet / papegaai) en her en der wat apen, stonden we best vaak stil, maar gelukkig geen passerende slangen tegengekomen, enkel een verdroogd vel gezien, hetgeen voldoende bewijsmateriaal was voor hun aanwezigheid. Wél bladeren gegeten van een plant die tevens goed hielp tegen de muggen, soort anijs smaak en geur. In kader van: “wat de gids kan, kan ik ook”. Mogelijk krijg ik nog spijt maar vooralsnog gaat het goed! Ook gelukkig nog geen chikungunya opgelopen én de ATM was eindelijk zo vriendelijk geld uit te keren dus enkel goed nieuws te melden. En zo hoort het ook.
Ik ga starten aan m’n laatste geschiedenisles ( ja ja, optioneel!) en daarna spullen bij elkaar rapen om morgenochtend naar Granada te vertrekken. Hopelijk hebben ze daar ook zulk lekker Eskimo schepijs; el sabor del mes es Naranja Holandesa, dus ja, dat moet ik supporten natuurlijk!
Hasta luego y un beso grande,
Yvette