100 hours Italy – my diet will start next week..

Prosciutto di Parma, Parmigiano Reggiano, Lambrusco wine, Parma Violet Spritz, Grappa, pasticcini… en zo kan ik nog wel even door gaan.

Het is duidelijk, aangepast eten in combinatie met wat extra sport bij terugkomst zal geen overbodige luxe zijn. Want Emilia-Romagna doet natuurlijk niet onder voor het Baskenland, daar waar we nog niet zo lang geleden ook al een culinair walhalla beleefden.

Het begon eigenlijk al tijdens het werk in Milaan. Met de collega’s lunchen is veelal een feestje, zo ook deze keer. Zelfs in het meest eenvoudige tentje van de wijk is de keuze overweldigend. Melanzane, Riso Venere ai Gamberetti e Zucchini of natuurlijk de klassieke Risotto Milanese. Tel daarbij op een flinke dosis Italiaanse drukte en gezelligheid, een snelle caffè macchiato aan de bar verderop en je kunt er weer tegen voor de rest van de dag. Zelfs wanneer de extreme beveiliging van mijn laptop ervoor zorgt dat ik eigenlijk niets kan invoeren of opzoeken. Kortom, het ouderwetse things-to-do notebook komt tevoorschijn om het een en ander niet te vergeten. En… voor de goede lezer, ik heb inderdaad de ongeschreven Italiaanse koffiewet keurig en respectvol nageleefd, geen cappuccino na 11 uur! Navraag leerde dat het wel gebruikelijk is wanneer het erg koud is, weet niet of de enorme regenbui die dag onder die categorie geplaatst mag worden? Vast niet. Zonder sneeuw geen cappuccino na de ochtend. De smaak van Italië.

For the record, the perfect cappuccino should be made of 25ml coffee and 125ml milk, with the latter not heated beyond 55°c. The color will also be regulated to ensure a ‘tonalità nocciola tendente al color testa di moro con riflessi rossicci ornati e striature chiare’. The name cappuccino derives from Marco d’Aviano a cappuccino (little hood) friar who participated in the Battle of Vienna in 1683. After the defeat of the Ottoman Turks, he recovered sacks of coffee from the scene and apparently invented the drink.

’s Nachts biedt het grote raam van de simpele hotelkamer bij centraal station een haast intiem inkijkje in het ‘andere Milaan’, de Milanese drugshandel. Een meisje omringt door een groep Noord Afrikaanse mannen doet me denken aan Christiane F. , waarschijnlijk Duitslands bekendste heroïneverslaafde. Zowel het autobiografische boek (Wir Kinder vom Bahnhof Zoo) als de film met Bowie maakte toen enorme indruk op me. Al is dit meisje wat ouder dan de toenmalige 13 jarige Christiane, haar situatie bij Milano Centrale lijkt helaas niet veel beter. Het is duidelijk zichtbaar dat Milaan gebukt gaat onder de grote toestroom van Afrikaanse vluchtelingen. Velen lijken te overnachten hier bij het station en zijn waarschijnlijk loopjongens van de grotere jongens die ’s nachts goede zaken doen bij de clubs nabij Corso Como. Dit verklaart ook het hoge gehalte aan politie, of wellicht heeft de aankomende voetbalkraker Milan – Roma hier ook iets mee te maken. Ik drink wat water en probeer de slaap weer te vatten.

Als het werk is gedaan vertrekken we richting Parma. Vorig jaar kreeg men daar nog de titel ‘Unesco Creative City for Gastronomy’, dat tezamen met een mooie oude stad vol met monumenten, kerken, kloosters, theaters en musea ervoor zorgt dat we ons voelen als een kind in luilekkerland. Vier dagen relaxen waarbij alles mag en niets moet, een héérlijk vooruitzicht.

Waar te beginnen?

In meer praktisch opzicht was dit bij Tommaso, de eigenaar van het restaurantje Il Pianetino, daar waar chef Franco al sinds 1986 in de pannen roert. De menukaart doet watertanden. Goede zet van Fabio om de sleutel van ons air bnb appartement hier achter te laten, want zo’n heerlijk buurtrestaurantje om de hoek is een aantrekkelijke optie na een dagje slipperen.

Het appartement is 3 hoog en is precies dat, wat we hoopten; authentiek met leuke verrassende details. Eeuwenoude houten balken, modern gemak en mooie elementen van staal en beton, dikke muren met grote openslaande ramen en een klein dakterrasje, bereikbaar via een nog kleiner deurtje. De geluiden van de buren vervagen terwijl we in het avondzonnetje genieten van een koele Falanghina uit de Campania, uitkijkend op rode pannendaken en antennes. La bella Vita is begonnen, un inizio promettente.

Ik vind het altijd al een heerlijkheid om wakker te worden door het geluid van kerkklokken, maar als je dan nog lekker kan blijven liggen terwijl de eerste zonnestralen met een zacht briesje mee naar binnen komen, dan kan het eigenlijk niet beter. Vervolgens echt wakker worden met een kop thee en wat crackers om vervolgens je neus te volgen voor een koffie ergens op een terras.

De komende dagen staan in het teken van de Renaissance schilder Correggio, eigenlijk heb je geen keuze aangezien je zijn werk overal tegenkomt. Ik heb er (jammer genoeg) weinig verstand van maar na het bewonderen van zijn werk in de Galleria Nazionale, alsmede de diverse fresco’s in de hoge koepels van de diverse kerken, lijkt het alsof zijn werk steeds zachter overkomt. Contouren vloeien in elkaar over, evenals illusie en werkelijkheid. Soms komt het haast zwoel en sensueel over, al zal de gemiddelde kunsthistoricus deze laatste omschrijving waarschijnlijk niet echt appreciëren.

Een van zijn beroemdste werken, de Hemelvaart van Maria, in de koepel van de Basilica Cattedrale di Santa Maria Assunta (kortweg Duomo), kent een mooie anekdote. Heiligen, patriarchen en apostelen komen tevoorschijn uit de wolken rondom Maria. Als je naar boven kijkt zie je eerst een wervelende massa engelen en cherubijnen, een soort ‘overdaad aan armen en benen’, pas daarna ga je het een en ander herkennen. Althans ik en daar heb ik dan ook nog wel wat hulp bij nodig. Desalniettemin, prachtig! Je ogen worden als vanzelf er naar toe getrokken, ongeacht het feit dat je nek aangeeft dat het wel genoeg is. Zijn toenmalige opdrachtgevers vonden het blijkbaar echter een te grote overdaad. Ook vonden ze dat Maria lastig te identificeren was tussen alle figuren, alsmede dat Jezus nogal onelegant uit de lucht komt vallen. Overdracht zegt dat ze woedend waren en Correggio na voltooiing van de koepel de laan uit stuurden, terwijl hij eigenlijk ook de rest van de kerk had moeten schilderen. Een beledigde Correggio vertrok, maar niet nadat hij nog een ‘souvenir’ achterliet: precies boven het altaar zit een engel met zijn benen wijd. Wanneer je achter het altaar staat, heb je vol zicht op de edele delen van het engeltje, die zo op het altaar lijkt te kunnen gaan wateren. Natuurlijk moest en zou ik dit engeltje vinden in die wervelende draaikolk van kleuren, drama en spektakel.

Direct naast de Duomo en de Campanile staat de achthoekige doopkapel, de Battistero. Opgebouwd uit roze marmer uit Verona en ook hier hadden we vrijwel het rijk alleen. Ook hier prachtige fresco’s en schilderingen. Heel langzaam begin ik figuren te herkennen maar op deze momenten merk ik echt wel dat mijn godsdienstige opvoeding beperkt is gebleven tot mijn doop. Gelukkig is er internet.

In het mooie, en unieke, Teatro Farnese, geheel van hout en onderdeel van Palazzo della Pilotta, zien we de voorbereidingen voor het Verdi festival. Een dag eerder ook al in Teatro Regio. Jammer dat het pas over een paar weken begint, Macbeth, Attila, Un Giorno di Regno, het zal allemaal worden opgevoerd. Sommige kaarten zijn reeds een jaar geleden aangekocht. Een jaar terug zaten we nog in Verona, ademloos en ontroerd door Aïda, wie weet komen we hier nog eens terug voor een nieuwe Verdi ervaring.

Deze reis in de tijd wordt ook zeker afgewisseld met de realiteit van de dag. Dat wil zeggen, food walhalla Parma, alsmede de saldi in de modewinkels. Elke dag een ijsje of een affogato al caffe bij cioccolateria gelateria Banchini, een vino frizzante of Nabucco uit de regio, een la Grein uit het uiterste puntje van Italië en altijd met een bordje Prosciutto di Parma of Felino salami. Salumeria Garibaldi is ons vaste adres voor de voorraad ‘thuis’ in ons apartementje, slecht 4 minuten lopen en halverwege ook nog een koffietentje, wat wil je nog meer.. Niets dus!

Parma Parma.. wat was het heerlijk. Op sommige hoekjes waan je je echt een paar eeuwen terug in de tijd. Pastelkleurige gevels, mooie pleinen, grootse theaters en smalle sfeervolle straatjes. Onder het bewind van de familie Farnese is het ooit uitgegroeid tot een statige stad, anderzijds blijft het klein en behapbaar. Bovenal, heel rustig. Natuurlijk zagen we af en toe en groep toeristen uit bijvoorbeeld de doopkapel of de Duomo komen, maar we hadden – zoals zo vaak – geluk met onze timing. Om een prive tour door de 16e eeuwse bibliotheek van het klooster San Giovanni te krijgen van een benedictijnse monnik is wellicht een gelukje, maar het maakt de ervaring gewoonweg zo bijzonder. Ook de kloostergangen en binnenplaatsen zijn die ochtend verlaten. Er wonen nu nog minder dan 10 monniken, vroeger moet het toch een bloeiende gemeenschap zijn geweest.

Hoe moet dat straks, zal het later een museum worden? We waren er zeker nog wel wat langer gebleven als we niet terug moesten naar Milaan, en ’s avonds door naar Nederland. Via BlaBlaCar geen geluk dus middels twee treinen en een supersnelle overstap actie op het toch niet kleine Milano Centrale arriveren we op Malpensa. Aldaar uiteraard vertraging maar dat biedt ruimte voor wat shoppen en een laatste wijntje uit de regio. Toch jammer dat handbagage een restrictie heeft op vloeistoffen.. volgende keer weer met de auto, dan kan de witte schicht weer volgeladen worden met lekkernijen. Oh nee.. ik zou gaan lijnen.. tenslotte zijn de 100 uur Italië voorbij… Terwijl we langzaam maar zeker de lucht ingaan, plan ik direct wat sportlessen in. Kan maar in de agenda staan!

Italië, hopelijk tot snel!

Meer foto’s zijn te vinden op mijn instagram account.

 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s