Inmiddels ben ik ergens tussen midden en noord Laos beland, in Vang Vieng om
precies te zijn. Ik had er nog nooit van gehoord totdat ik de
Lonely Planet van binnen ging bekijken. het is een bestemming met dubbele gevoelens.
Vang Vieng zelf is niet veel bijzonders maar de omgeving des te
meer! Hele mooie natuur; groene rijstvelden, kleine dorpjes,
karstgebergte, daardoorheen slingerend de mooie Nam Song rivier en 1001 grotten.
Kortom, time to do something!
Zo gezegd zo gedaan. Tesamen met 3 Fransozen op pad gegaan; trekking,
kayakken en ‘grotklauteren’. Eerlijk is eerlijk, zoveel activiteiten zaten geheel niet in de
planning, althans, niet allemaal tegelijk..) maar alleen maar in een binnenband
over de rivier dobberen schijnt ‘ uit’ te zijn dus als je hier wat van de
omgeving wilt zien moet je dus aan de bak.
Het kayakken viel mee. Voor de mensen die mij kennen, ik ben niet zo van het kayakken, althans, niet als ik het alleen moet doen. Nieuw Zeeland staat nog in m’n geheugen gegrift. Gelukkig durfde het heerschap uit Parijs het aan om samen
met mij de stroomversnellingen tegemoet te gaan. Nou, dat heeft hij geweten.
Nee hoor, viel best mee, buiten het feit dat we ‘ opeens’ midden tussen de
oefenwedstrijden van het aankomende ‘long tail boot racing festival’ waren
beland en we er dus voor zorgden dat het een en ander in de soep liep
(tenslotte weten wij niet wat links- of rechtsaanhouden is in het Laotiaans,
bovendien sprak die Fransoos ook niet zo geweldig Engels en mijn Frans… tja..).
Om het verhaal af te maken, men kon er gelukkig om lachen, voor straf werden
we echt kletsnat gespetterd, de stemming zat er meteen goed in. In de andere kayak overigens iets minder, daar was geloof ik een soort echtscheiding gaande, samen met je partner in een kayak is net zo iets als de weg wijzen en kaart lezen in de auto, loopt ook altijd op ellende uit, toch? En wederom denk ik aan Nieuw Zeeland
Verder nog (na heeeel lang twijfelen) de ‘ flying fox jump’ gedaan. Wat dat
inhoudt? Vanaf een, toch wel wat gammele, stellage boven de rivier aan een
katrol naar beneden zeilen om vervolgens met toch wel een aanzienlijke klap van ‘enige’ hoogte in het water te belanden. Klinkt het eng? Nou, dat was het
ook.. Alleen toen ik eenmaal boven stond was (en eigenlijk weer terug naar
beneden wilde, via de trap wel te verstaan) stonden er inmiddels al meerdere
gegadigden; geen andere optie dan springen dus. En ja, achteraf natuurlijk
een enorme kick, als het goed is heeft iemand het op video gezet, zal wel
weer een uiterst charmant stukje film zijn.. (Flying dutchgirl part 1)
Naast al dit waterspektakel ook nog veel gelopen en de nodige grotten
bekeken. De eerste was een makkie, geen geklauter en bovendien een groot
beeld van Boeddha om ons te beschermen. Ook werd me daar nog even verteld
hoe het met me gaat en wat de toekomst me gaan brengen, door Boeddha
welteverstaan, hoogst persoonlijk. Hoe? Concentreren en vervolgens
blindelings een stokje pakken, het bijbehorende nummer behoorde bij een
papiertje met tekst. (beetje zoals het grote zwarte boek met alle
antwoorden op mn werk) . Nou.. ik was niet getrouwd (klopt), maar ik ga ooit
wel trouwen (??) en.. dan krijg ik meteen een zoon. Het zal je maar
gezegd worden! Verder ben ik erg gezond (klopt ook, getuige de health check
die onlangs nog was afgenomen), happy en beloved. Nou, wat wil een mens nog
meer? In de toekomst moest ik overigens wel uitkijken, waarvoor? Dat kon
Boeddha niet zeggen, daar hield z’n kennis blijkbaar op.
Tijd voor de volgende grot, dat was andere koek. Eerst een heel eind ophoog
klauteren en vervolgens een angstaanjagend donker hol in. Ja, we kregen een zaklamp, een hoofdlamp a la mijnwerkers met.. de accu erbij. Als je de draadjes aan elkaar koppelde deed ie het. Loop je daar met een accu, een lamp en een paar draadjes.. Ik vertrouwde het voor geen meter maar ja, alles beter dan geen lamp want met m’n zaklamp kwam ik niet ver. Vervolgens klauteren, kruipen, wegslippen, je hoofd stoten aan stalagtieten (of stalagmieten, weet ik veel..) etc. etc. Klink niet als heel
veel fun maar het was het wel, althans.. toen we er weer uit waren. Wat een
gedoe. Na ruim een kilometer lopen vond de gids het nodig om onze lampen uit
te doen om de totale duisternis te ervaren. Vervolgens ging hij vertellen
dat hij in de oorlog als jongetje van acht hier samen met zn moeder moest
schuilen tegen de bombardementen. Dan slik je wel even, zeker gezien het
feit dat hij hooguit 10 jaar ouder was dan ikzelf. Kortom, ik was blij toen
we weer (heelhuids, op wat blauwe plekken na) buiten stonden.
De derde grot was super, een grot met voornamelijk water. Je kunt dan op een
grote rubberband het donker in gaan, wederom met een lamp en accu (goede combi ook, electriciteit en water), en via een kabel jezelf voorttrekken. Soort black water rafting in Nieuw Zeeland (ja, wederom de vergelijking..), maar dan rustiger. Net buiten de grot is een paradijselijke poel waar je heerlijk kunt zwemmen terwijl de gids een lunch klaarmaakt, wat wil een mens nog meer? Zo heb ik dus toch nog op mn rubberband gedobberd.
Oja, niet te vergeten, ik heb de mooiste hotelkamer van het
dorp, al zeg ik het zelf. 2e verdieping, kamer met balkon en een uitzicht…
om te watertanden! Best ever! Rijstvelden, gammele bamboebrug, kinderen die
in het water spelen, bergen everywhere, gekko’s op de muren..
Bergbeklimmen kan hier trouwens ook maar ja, je moet het lot niet
tarten. De laatste dagen wel evengenoeg gedaan, tijd voor een boek op dat balkon met dat mooie uitzicht. Het dorp Vang Vieng zelf is trouwens niet mijn ding, verre van zelfs. Het toerisme heeft het dorp zo’n beetje ‘ overgenomen’ , overal wordt gebouwd, nog meer guesthouses en restaurantjes. Het meest irritante vind ik dat er de hele dag
overal films worden vertoond, zag net zelfs mensen naar een aflevering van
Friends kijken, languit op matrassen, onderwijl pizza etend. Je begrijpt, niet mijn idee van vakantie vieren maar ja, ieder z’n meug. Groter probleem is dat er op het
eilandje tegenover mijn prachtige hotelkamer ’s nachts een soort techno
party wordt gehouden, heel fijn! Kortom, overdag super maar ’s avonds een
klein (drugs en alcohol gerelateerd) drama. De lokale bevolking blijft er verrassend relaxed onder. Ik niet, ik wil liever geen Anouk horen als ik door ‘de hoofdstraat’ loop.
Later deze week vertrek ik naar Luang Prabang; World Heritage Site dus dat
beloofd wat. Na Luang Prabang schijnt het echt gedaan te zijn met internet
maar ja, dat dacht ik ook toen ik Laos binnen kwam en tot nog toe zie ik
genoeg van die heerlijk gekoelde (en droge) ruimtes. Dus wie weet, tot
later! Vooralsnog is hier nu de regen opgehouden en dus wil ik weer buiten spelen. Ja, het regenseizoen moet eigenlijk al afgelopen zijn maar aan het einde van de dag valt er blijkbaar per ongeluk toch nog wel eens een buitje. En die buitjes in Azië zijn nu eenmaal niet te vergelijken met onze hollandse miezerregen, dus een internetcafe is dan geen slechte plaats om te zijn.